Rijkert Knoppers, in: De Leesclub van alles, 16 maart 2020
Bestaan ze nog, die recreatieve
fietsers met een geografische kaart in een klem op hun stuur, en die bijna bij
elke afslag moeten afstappen om de gewenste route te kunnen volgen? Of zijn ze
inmiddels zover met de tijd meegegaan dat ze zich met hun mobiele telefoon
weten te oriënteren? Met overigens als gevaar dat de accu voortijdig leeg raakt
of dat de regen de telefoon onbruikbaar maakt.
Nee, dan de moderne fietser, die een klein handzaam waterdicht
apparaatje aan het stuur heeft gemonteerd, waarbij een pijltje op een scherm
duidelijk zichtbaar de track
weergeeft. Heb je een afslag gemist, dan is er niets aan de hand en geeft het
Global Positioning System (GPS) feilloos aan hoe je via een kleine omweg weer
op de juiste route kunt komen. En ben je helemaal van het padje af geraakt dan
kan het navigatiesysteem met enkele drukken op de knop moeiteloos aangeven hoe
je weer bij het startpunt terecht kunt komen.
Hoe ideaal deze elektronische wegwijzers ook lijken te zijn, er schuilt wel een
adder onder gras, want dergelijke GPS-apparaten zijn allesbehalve eenvoudig te
bedienen, om het voorzichtig uit te drukken. Het is niet voor niets dat er
inmiddels diverse cursussen zijn, die de gebruiker op weg beloven te helpen. En
dan zijn er diverse handleidingen, zoals deze GPS wijzer, die heel veel tekst nodig hebben om de ingewikkelde
techniek uit te leggen.
Uit de inleiding van dit omvangrijk boek blijkt dat er maar liefst 12 modellen
fietscomputers in de handel zijn, allemaal van marktleider Garmin, en allemaal
voorzien van de verzamelnaam Edge. Alleen dat gegeven maakt het moeilijk om een
eenvoudige handleiding samen te stellen, al was het maar omdat er voortdurend
sprake is van commando’s, die bedoeld zijn voor specifieke toepassingen bij
bepaalde modellen. Het is in dit verband raadselachtig waarom Garmin niet meer
uniformiteit betracht bij de opzet van haar diverse modellen. Aan de andere
kant is het duidelijk dat de diverse apparaten niet allemaal dezelfde
mogelijkheden hebben. Zo blijkt dat je bij sommige Garmin Edges
activiteitenprofielen kunt instellen, bijvoorbeeld omdat je op zoek bent naar
routes voor toerfietsen of voor mountainbiken. Maar vier van de twaalf modellen
hebben deze mogelijkheid niet. Wil je bij een van die modellen bijvoorbeeld
aangeven dat je bij voorkeur over onverharde fietspaden rijdt moet je weer
andere, speciale instellingen gebruiken.
Ondanks het feit dat het bij deze handleiding om een vierde, volledig herziene
editie gaat, zijn er wel wat aanvullingen gewenst. Allereerst zou je als potentieel
geïnteresseerde gebruiker willen weten waar de afkorting GPS voor staat, dat
staat namelijk nergens vermeld. Waarom het vervolgens nodig is om als fietser
een speciale fiets-GPS aan te schaffen, en of het ook mogelijk is om de
wandel-GPS te gebruiken, die je nog thuis hebt liggen, blijft onvermeld. En wat
het begrip “basecamp” inhoudt, dat op de voorpagina staat aangekondigd, lees je
pas op pagina 71.
Hoewel voortdurend aan de orde komt dat de besproken GPS-apparaten
verschillende eigenschappen hebben, heeft het boek niet een duidelijke functie
als koopwijzer. Toch een gemiste kans! Want het zou toch jammer zijn dat als je
verwacht dat je in je nieuw aangeschafte Garmin Edge een activiteitenprofiel
kunt instellen, deze niet hiervoor geschikt blijkt te zijn.
Gelukkig blijkt halverwege het boek, dat een Garmin Edge wel bruikbaar is als
wegwijzer om te wandelen. Daar zijn nog wel wat extra handelingen voor nodig om
te voorkomen, dat het apparaat een vreemde route berekent, maar dat is een
kleinigheid. Of het mogelijk is om ook een wandel-gps als fiets-navigatiemiddel
te gebruiken lezen we hopelijk in de volgende herziene editie.
GPS wijzer voor de recreatieve en sportieve fietser; de beste handleiding voor de Garmin Edge en Basecamp
Joost Verbeek
Uitg.: GPS-wijzer
2020, vierde volledig herziene editie
240 pag.
ISBN 978-90-8285-852-5
€ 19,90