Werken met de zon

In: Installatie Journaal maart/april 2017

Nu de vraag naar PV-zonne-installaties sterk groeiende is, neemt ook de behoefte aan goed opgeleide PV-installateurs toe. Inmiddels zijn er een aantal opleidingsinstituten, die zich op verschillende punten onderscheiden. Een impressie van de mogelijkheden.

Iemand die de ontwikkeling rond duurzame energie een beetje volgt weet het allang: de belangstelling voor zonnepanelen zit de laatste jaren enorm in de lift. Zo bracht Holland Solar afgelopen januari het nieuws dat er in 2016 in totaal voor 1,15 GW zonnestroom vermogen is toegekend. Een historisch moment, aldus de branchevereniging, die tegelijkertijd de verwachting uitsprak dat mede dankzij de gunstige subsidieregeling de vooruitzichten voor zon in 2017 eveneens bijzonder goed zullen zijn. Een gevolg van deze ontwikkeling is dat belanghebbenden binnen de zonne-energiesector steeds hogere eisen stellen aan de betrokken installatiebedrijven en in het bijzonder aan de werkzaamheden van de zonne-energie-installateurs, zeggen de initiatiefnemers van het pas opgerichte opleidingsbedrijf So Sustainable. Zo zouden bijvoorbeeld de verzekeringsmaatschappijen naar aanleiding van de groeiende belangstelling voor PV een kans zien om de kwaliteitseisen van het installatiewerk aan te scherpen. Concreet kan dat betekenen dat de zonnepaneleninstallateur in het bezit moet zijn van een Zonnekeur. ‘Installateurs moeten op een heel breed terrein kennis bezitten,’ verduidelijkt Allart de Jong van het in Leerdam gevestigde bedrijf Omega Energietechniek. ‘Een van de uitgangspunten hierbij is NEN 1010, waarin onder meer de totale installatie aan de orde komt. Maar ook zaken als overspanningbeveiliging , waar de doorsnee installateur meestal geen aandacht aan besteedt, komt in de norm aan bod. Verder behandelt NEN 1010 onderwerpen als aardlekschakelaars, installatieautomaten en nog veel meer.’
De Jong is een van de drie initiatiefnemers die betrokken is bij de oprichting van SO Sustainable, dat sinds 1 februari geaccrediteerd is door de KvINL (Kwaliteit voor Installaties Nederland) om opleidingen en examens tot erkend zonnestroom installateur te verzorgen. Andere deelnemers zijn Robben Groene Energie en Petersen Arbozorg & Veiligheid, beide gevestigd in Hilvarenbeek. ‘Dat betekent dat we een veiligheidsdeskundige in huis hebben die  gespecialiseerd is in werken op hoogte, er is een bedrijf dat thuis is op het gebied van de aanleg van zonnepanelen, terwijl de derde partij zonne-installaties ontwerpt, correct oplevert en inspecteert.’ De vijfdaagse opleiding is niet alleen theorie, concreet moeten de cursisten bijvoorbeeld een zonne-energiesysteem aanleggen, inclusief de montage op het dak tot en met de installatie in de meterkast. Ook het veilig werken op daken komt in een praktijkoefening aan de orde, net als het ontwerpen van een PV-installatie.

Masterplan

Volgens Paul Verkaik, directeur van het in Gorinchem gevestigde BDA Opleidingen, is in 2006 een Europese richtlijn uitgekomen, waarin aangegeven staat dat de lidstaten een certificatiesysteem moesten opzetten om de vakbekwaamheid van de installateurs te waarborgen. ‘Nederlandse overheid heeft toen als een van de eerste binnen Europa hieraan gewerkt,’ vertelt Verkaik. ‘Dat gebeurde samen met de branchevereniging Uneto VNI. Dat heeft geresulteerd in een masterplan en er is een handboek zonne-energie gemaakt, zodat de vakkennis op dat gebied weer up-to-date was. Daarnaast zijn er drie competentieprofielen voor het installatiebedrijf ontwikkeld, met bijbehorende trainingen en examens, om de vakbekwaamheid van installateurs te controleren. Bovendien heeft de overheid de belangrijke stap genomen om een kwaliteitsregister voor gecertificeerde zonne-installateurs op te zetten, Qbisnl.nl. Omdat wij al in 1999 een eerste PV-training hebben ontwikkeld, kregen wij de opdracht om als geaccrediteerde opleider de benodigde programma’s te ontwikkelen.’
De drie genoemde competentieprofielen zijn: het ontwerpen van en adviseren over bijvoorbeeld de dimensionering van PV-systemen, daarnaast het bouwkundig monteren van PV-panelen op het dak en het elektrotechnische installeren onder het dak. Belangstellenden kunnen zich voor de drie onderdelen in een totaal pakket inschrijven, maar ze kunnen ook aan de afzonderlijke cursussen deelnemen. ‘Wie bij het BDA het totale programma wil volgen kan zich na afloop een gecertificeerd zonne-installateur noemen, deze certificaten dragen ook de logo’s van KvINL en het Ministerie van Economische Zaken.  Voor de drie trainingen moet je totaal zeven dagen uittrekken,’ aldus Verkaik. ‘Maar er zijn monteurs die zeggen dat ze de ontwerpcursus niet hoeven te volgen. Zij werken bijvoorbeeld bij een groot bedrijf, waarbij de dimensionering en engineering van de PV-installatie toch al door de adviseurs van dat bedrijf gebeurt. Die installateurs kiezen dan uitsluitend voor de praktijktrainingen voor het monteren en installeren van PV-systemen. Zij zijn dan gecertificeerde zonmonteurs.’

Toetsbaar

Het in Ulvenhout gevestigde Switch2Solar bewandelt een andere strategie, door voor de verschillende disciplines in de zonnebranche opleidingen aan te bieden. ‘We hebben opleidingen voor adviseurs, verkopers van installaties, systeemontwerpers, inkopers van materialen of bijvoorbeeld investeerders die meer willen weten over zonne-energie,’ vertelt directeur Emiel Ponte, ‘Voor de installateur hebben we met name de opleiding tot Solar-Topfitter, een driedaagse praktijkopleiding waarbij je zowel theorie krijgt als dat je bijvoorbeeld een steiger moet bouwen en op het dak panelen moet monteren. In totaal biedt dit in 2009 opgerichte bedrijf negen opleidingen aan, waarbij sommige in gezamenlijke vorm voor een diploma opleiden. Gaat het hier dan ook om een Zonnekeurdiploma?  ‘Zonnekeur richt zich op het concreet realiseren van zonne-installaties, terwijl wij een breder aanbod hebben,’ aldus Ponte. ‘De duur van de opleidingen verschilt natuurlijk, de opleiding tot Solar-specialist neemt drie dagen in beslag, daarna volgt nog een examen. De mensen krijgen ook huiswerk mee, dus wat betreft studiebelasting is er wel het dubbel aantal dagen mee gemoeid.’
Ook Ponte is op de hoogte van het feit dat er discussies gaande zijn over de kwaliteit van zonne-installateurs, maar concrete signalen over een eventuele aanscherping van de eisen, bijvoorbeeld in de vorm van een aangepaste verzekeringspolis, heeft hij nog niet ontvangen. ‘Er kunnen ook wel andere zaken gaan spelen. Ik merk bijvoorbeeld dat bij consumenten en eindgebruikers best wel onzekerheid over kwaliteitsaspecten heerst,’ aldus Ponte. ‘We zoeken eigenlijk toetsbare indicatoren, maar in de praktijk ligt dat niet zo eenvoudig. Ik zeg altijd, vraag om referenties, ga kijken bij andere installaties. Je kunt al heel snel zien of een installatie zorgvuldig is opgebouwd.’ Volgens Ponte is de introductie van het KvINL-certificaat, dat in 2012 gebeurde, een stap in de goede richting geweest. ‘Het is een goede basis, maar bij dat certificaat ontbreekt het aan diepgang, bijvoorbeeld ten aanzien van rendement of prestaties van de zonnesystemen,’ aldus Ponte. ‘Wij hebben niet voor deelname aan de KvINL procedure gekozen en hechten meer waarde aan de erkenningsregeling  Zon van stichting Sterkin, die ook eisen stelt aan de elektrotechnische scholing . Daarnaast leggen wij het accent vooral op kennisontwikkeling, communicatie en bijvoorbeeld economische aspecten.’