Rijkert Knoppers, Technisch Weekblad 4 februari 2021
Onlangs is in de Noordzee een nieuw aardgasput aangeboord voor de productie van aardgas. Het betrokken bedrijf Wintershall Noordzee, gevestigd in Rijswijk, heeft inmiddels 15 productieplatforms en 4 onderzeese installaties in het gebied. Ander nieuws: in het noordelijk deel van de Nederlandse Noordzee zouden de komende tien jaar nieuwe offshore windparken met een totaal vermogen van 8,3 GW te realiseren zijn. En nog iets: Nederland kan naar verwachting in 2030 10,2 megaton CO2 per jaar in lege gasvelden op zee opslaan, aldus de recente nota Noordzee Energie Outlook.
Zomaar drie actuele berichten, die aangeven hoeveel belangstelling er is om de Noordzee intensiever te gaan exploiteren. Het gaat hierbij natuurlijk niet alleen om energie-gerelateerde zaken, ook visvangst, aquacultuur, scheepvaart, zandwinning, recreatie en het strategisch gebruik door defensie zijn aan de orde.
Maar moeten we wel met het huidig gebruik van de Noordzee door gaan, schrijven drie Nederlandse wetenschappers in deze bundel, zouden we de huidige olie- en gasexploitatie niet beter kunnen vervangen door CO2-opslag, energieopslag en duurzame energiebronnen? En is het ook niet essentieel om de huidige visserij te herstructureren en daarbij ook de veerkracht van het marine ecosysteem te herstellen? Een hele opgave, aldus het betreffende artikel, vooral omdat het gebruik van de Noordzee zo complex is.
Het ingewikkelde karakter komt ook naar voren in de andere artikelen. Wat het onderwerp onder meer niet makkelijk maakt is het feit dat de Noordzee verdeeld is in zeven gebieden, die toebehoren aan evenveel verschillende landen, schrijven de samenstellers van dit boek, Carola Hein (TU Delft) en Nancy Couling (Bergen School of Architecture). Dat heeft tot gevolg dat elk land dat aan de Noordzee grenst een eigen benadering heeft om de zee te gebruiken.
Het kan in dit verband ook relevant zijn om de Noordzee te vergelijken met de Barentszzee en de Baltische zee. Het blijkt bijvoorbeeld dat binnen de bijna 1,5 miljoen vierkante kilometer van Barentszzee ongeveer 30 en 25 procent van respectievelijk ’s werelds nog niet aangeboorde gas- en oliereserves te vinden is. Tegelijkertijd is dit een van de grootste, schoonste en vrijwel onaangetaste zeeën van Europa. De veel kleinere Baltische zee heeft daarentegen de drukste scheepsroutes ter wereld, dankzij de enorme hoeveelheid veerponten en cruiseschepen, die hier in gebruik zijn. Een van de conclusies luidt dat er een gespecialiseerde techniek vereist is om bij deze twee zeeën de maritieme urbanisatieprocessen te ondersteunen.
In een van de andere bijdragen aan deze bundel vragen politicoloog en planoloog Maarten Hajer en landschapsarchitect Dirk Sijmons zich af of offshore windturbines op de Noordzee in staat zouden kunnen zijn om voldoende elektriciteit op te wekken om negentig procent van de elektriciteitsvraag van de aanliggende landen te voorzien. Daar zouden dan 25.000 offshore windturbines voor nodig zijn. Dat er veel ongeloof is over de vraag of zachte groene energiebronnen een industriële maatschappij zoals de bestaande kunnen bedruipen willen Hajer en Sijmons wel aannemen. Toch is het volgens hen mogelijk. In een interactieve videopresentatie installatie laat het duo onder meer zien, hoe het mogelijk is de productie van offshore windinstallaties stil te zetten als er zwermen migrerende vogels in de buurt komen.
Het boek is breed van opzet, en heeft bijvoorbeeld ook nog uitstapjes naar de Middellandse Zee en de Straat van Singapore. In het algemeen zou meer cijfermateriaal ter onderbouwing van de verschillende standpunten gewenst zijn, terwijl ook een onderwerpregister rond deze complexe materie geen overbodige luxe zou zijn. Jammer is ook dat er geen resumerend slothoofdstuk is, waardoor de verschillende hoofdstukken toch te veel los van elkaar blijven bestaan. Dat neemt niet weg dat het boek heel veelzijdig de problematiek van de urbanisatie van de zee belicht.
Titel: The Urbanisation of the sea; from concepts and analysis to design
Auteurs: Nancy Couling/Carola Hein (eds.)
Jaar van uitgave: 2020
Uitgever: Nai010 publishers
Pagina’s: 316 p.
Prijs: € 39,95
Website: www.naibooksellers.nl